Koeling door middel van warmtepomp

In bewerking.

imagesTQG5FSDI

Installatieschema

Zijn de vereiste grootte en capaciteit van zowel ketel als verwarmingselementen bekend, dan moet de totale installatie ingedeeld worden. Allereerst wordt bekeken waar de ketel de gunstigste plaats heeft.

Door plaatsing van de ketel zo hoog mogelijk op zolder onder het dak kan met een korte rookafvoer worden volstaan. Uiteraard is deze plaats ook afhankelijk van de route van de overigeaanvoer- en retourleidingen. Door de leidingen zoveel mogelijk in de hoeken te laten lopen met zo min mogelijk horizontale vertakkingen, vallen de leidingen vaak voor een groot gedeelte uit het zicht.

Komen de leidingen van boven dan spreken we over een bovenverdeling, komen ze van onder dan noemen we het een onderverdeling.

Bij het ontwerpen van een installatie moet zoveel mogelijk worden vermeden worden dat eventueel toe te passen gordijnen voor de radiatoren of convectoren komen te hangen, daar de opstijgende lucht achter de gordijnen niet meedoet aan de warmte circulatie.

De onderdelen van de installatie

• De ketel;
• De circulatiepomp;
• Het expansievat;
• Retour- en aanvoerleidingen;
• De radiatoren en convectoren;
• De eventuele vloerverwarming;
• De eventuele wandverwarming;
• De thermostaat.

Elke CV-ketel waarop leidingen en radiatoren of convectoren worden aangesloten, werkt volgens onderstaand principe: De brander van de ketel verwarmt het water in de ketel; dit hete water wordt d.m.v. een circulatiepomp via de leidingen naar de radiatoren of convectoren gevoerd. Deze staan de warmte af aan de te verwarmen lucht. Het afgekoelde water gaat terug naar de ketel om weer verwarmd te worden. Door de toepassing van een circulatiepomp kunnen de leidingen en radiatoren kleiner worden uitgevoerd dan vroeger bij de ledenradiatoren gebruikelijk.

OOK U HOUDT VAN WARMTE!

Wij verzorgen cv-installaties met een uitgebreid assortiment